De radio staat aan. Op BNR vraagt Paul van Liempt vier ondernemers naar hun mening. Er volgen discussies, scherpe en goed geformuleerde meningen, en dan de vraag: Wat vinden de heren van de bemoeienis van de AFM met crowdfunding.
Ik ben aangekomen bij mijn bestemming, maar blijf in mijn auto zitten. De ondernemers zijn het grotendeels met elkaar eens: ‘de AFM kan haar tijd beter in andere zaken steken.’ Crowdfunding is een leuk instrument voor startups. Echt groot zou het nooit worden. Waar bemoeit die AFM zich toch mee!?!
Ik zit knarsetandend, te laat voor mijn afspraak, in mijn geparkeerde auto. Crowdfunding wordt natuurlijk veel groter dan deze ondernemers denken, maar die inschattingsfout vergeef ik ze. Belangrijker en interessanter vind ik de vraag waarom deze heren het nut niet inzien van heldere kaders? Ook ik heb mij kritisch geuit over de AFM, maar toen hun onderzoeksrapport vorig jaar december uitkwam, stak ik de loftrompet over de AFM. Eindelijk, drie jaar nadat president Obama helderheid schetste met de JOBS act in Amerika, is er nu ook in Nederland wat meer duidelijk over wat wel en wat niet kan in crowdfunding-land.
De crowdfunding-markt wordt momenteel gereguleerd met regelgeving die ontworpen is toen het fenomeen crowdfunding nog niet bestond. Dat is risicovol, want het financiële landschap is drastisch veranderd. Wetgevers hebben niet voorzien dat wij in grote getale de rol van de geldverstrekker zouden nemen.
Er is zoveel behoefte aan rendement op vermogen dat projecten bij de grootste ‘peer to peer’ leenplatformen letterlijk binnen een paar dagen vol lopen. De eerste jaren krijgen investeerders netjes iedere maand hun aflossingen en rente betaald. Deze zijn immers meegefinancierd. We gaan pas over vier jaar echt zien of bedrijven in staat zijn om hun leningen af te lossen. En daar zit nu de crux.
Peer to peer leenplatformen meten hun succes aan de hoeveelheid geld dat via hun platform is opgehaald. Hoe groter dat bedrag, hoe groter het concurrentiewapen naar andere platformen en, niet onbelangrijk, hoe hoger hun opbrengsten. De kwaliteit van de bedrijven en hun capaciteit om de leningen uiteindelijk af te lossen zijn in de eerste paar jaren beperkt meetbaar. Als je het mij vraagt zijn hiermee de ingrediënten voor een zeepbel wel compleet.
Adviezen die de continuïteit van crowdfunding-platformen ten goede komen lopen als een rode draad door het onderzoeksrapport van de AFM. Ik ben het lang niet met alle voorgestelde maatregelen eens, maar het doel onderstreep ik van harte. Het zou zo zonde zijn als dit prachtige mechanisme dat voor een groot gedeelte verantwoordelijk is voor de financiering van het MKB, een deuk op zou lopen door korte termijn winst bejag. Een zeepbel kan worden voorkomen met heldere kaders en doorlopend toezicht. Dus niet alleen bij de poort. Zoals mijn Duitse jeugdvrienden graag zeggen: “ein bisschen Ordnung muss doch sein!”
Dit artikel werd gepubliceerd op ‘Verder met Financieren’ van ABN AMRO
